Opnemen dieren in crisisbeheer nu nog urgenter
We kennen allemaal de afschuwelijke beelden van grote bosbranden in Australië, Siberië en landen rondom de Middellandse Zee. Grootschalige evacuaties van duizenden mensen, campinggasten die op stel en sprong hun stek moesten verlaten, uitgebrande huizen, gesmolten auto’s en geregeld helaas ook menselijke slachtoffers. Onlangs bleek dat ook Nederland in de toekomst te maken krijgt met meer en grotere natuurbranden, die bovendien moeilijker te blussen zullen zijn. Om de levens van miljoenen dieren in natuur, platteland en stad te sparen, is het noodzakelijk om niet te wachten totdat een natuurbrand uitbreekt maar om vandaag de dag zaken zoals evacuatie van dieren en dierenhulpverlening voorafgaand, tijdens en na rampen goed te regelen.
Mensen én dieren slachtoffers
Het menselijk leed door rampen is overduidelijk. We realiseren ons echter minder vaak dat er extreem veel slachtoffers vallen onder dieren. Hierbij gaat het niet alleen om huisdieren en dieren uit de landbouw, maar ook om dieren die in de natuur leven. Uit Australië weten we dat daar in het bosbrandseizoen 2019-2020 naar schatting minstens een miljard wilde dieren zijn omgekomen.
Wilde dieren hebben een uitstekend reukvermogen en bewustzijn voor hun omgeving. Daardoor hebben ze een beginnende brand snel in de gaten. Maar doordat de frequentie, intensiteit en snelheid van natuurbranden drastisch toenemen, wordt het steeds moeilijker branden te ontvluchten en te overleven. Ook lopen dieren het risico te worden aangereden, wanneer ze een rampgebied ontvluchten. Na een allesverwoestende brand kunnen dieren geen water, voedsel en beschutting meer vinden. Ze sterven dan alsnog door dorst en honger, of doordat ze gemakkelijk te vinden zijn voor roofdieren die vanaf de randen het gebied intrekken. Natuurbranden kunnen zo tot onherstelbare schade aan flora en fauna leiden en zelfs tot het uitsterven van diersoorten.
In het onlangs verschenen rapport geven experts aan dat er op preventief gebied nog het nodige in Nederland moet gebeuren. Zo moet het risico van natuurbranden worden meegenomen bij de inrichting van het Nederlands landschap en het voorkomen en bestrijden van natuurbranden structureel onderdeel worden van het brandweerzorgsysteem. Dierenorganisaties onderschrijven dat.
Niets regelen betekent leed voor mens én dier
De overstromingen in Limburg in 2021 lieten zien dat de crisiszorg in Nederland voor dieren momenteel nog onvoldoende geregeld is. Mensen wilden niet evacueren, zelfs niet bij acuut gevaar, als hun dieren niet ook werden geëvacueerd. Er waren ook burgers die zelf probeerden dieren in nood te redden. Met alle risico’s voor hun eigen leven.
Aandacht voor dieren en dierenhulpverlening in rampen
De roep uit de maatschappij om dieren op te nemen in crisisbeheer wordt steeds luider. Dit betekent dat er ingezet moet worden op preventie zoals gebiedsgerichte analyses met betrekking tot natuurbranden en vluchtroutes voor dieren. Voor huisdieren en dieren in de landbouw moet de evacuatie goed geregeld zijn. Alle dieren, inclusief wilde dieren, moeten noodzakelijke hulp en opvang kunnen krijgen. Dierenorganisaties roepen de overheid op om niet te wachten op het uitbreken van een ramp maar om haast te maken met het opnemen en uitwerken van crisisbeheer
en om hierbij nauw samen te werken met dierenwelzijnsorganisaties en dierenartsen voor, tijdens en na een ramp. Laten we niet wachten op de volgende ramp en de put pas dempen als alle dieren verdronken of verbrand zijn.
NFDO – Eline Lauret
IFAW – Sabine Zwiers
Dierencoalitie – Sandra Beuving
DierenLot – Daniëlla van Gennep
Rapport over toekomstige natuurbranden: ‘Natuurbrandsignaal ‘23’ van het Nederlands Instituut voor Publieke Veiligheid (NIPV), KNMI, Wageningen University & Research (WUR), Vrije Universiteit Amsterdam (VU) en Deltares